‘Jongere is veel sneller geschikt als panel operator’

Na een uitstapje naar de maakindustrie haalden de dynamiek en het eigenaarschap Charles de Wolff terug naar de chemie. Wel met nieuwe ervaringen, onder andere op het gebied van standaardisering. Graag wil hij als area plantmanager bij Huntsman in de Rotterdamse haven nog meer uit de bestaande fabrieken halen. Digitalisering, de ‘skills van jonge gasten’ en de ‘drie L-en’ moeten hem daarbij helpen.

Wim Raaijen

Vijftien jaar al werkte hij bij Dupont – inmiddels Chemours – in Dordrecht toen hij drie jaar geleden de overstap maakte naar Philips. Naar de fabriek waar ze specialistische MRI-apparatuur produceren. Hij wilde wel eens kennis maken met een ‘totaal andere tak van sport’. En eigenlijk was hij daar nog niet uitgekeken, toen Huntsman hem eind vorig jaar via een headhunter benaderde.

Charles de Wolff kon uiteindelijk de lokroep niet weerstaan. ‘Misschien miste ik toch de dynamiek bij Philips. In de chemie draait alles om de fabriek, met een enorm gevoel voor eigenaarschap. Je bent continu bezig het beste uit de fabriek te halen, onder verschillende omstandigheden. In een chemische fabriek heb je te maken met variabelen en variaties, en je werkt daarbij binnen een bandbreedte. Bij Philips is het allemaal veel preciezer. We waren vooral bezig met de assemblage van de apparatuur, via strak voorgeschreven procedures. Daar heb je als fabrieksmanager nauwelijks invloed op. Voor mij werd dat op een gegeven ogenblik een beetje saai.’

Verbeterstappen

Wel leerde hij bij Philips veel. ‘Het belangrijkste wat ik heb meegenomen, is de enorme traceability van onderdelen en handelingen. Alles wordt vastgelegd.’ Dus als iets onverhoopt niet goed is gegaan, is het altijd te achterhalen. De kwaliteit en veiligheid van het product staat voorop.’

Een MRI-scanner mag niet met de kleinste afwijking worden geleverd. De Wolff: ‘Als het kleinste boutje overblijft, moet het hele apparaat weer uit elkaar worden gehaald en kun je dus opnieuw beginnen. Elk klein onderdeeltje is gelabeld en geregistreerd en alles moet strikt volgens het ontwerp worden geassembleerd.’

Hoewel dat in de chemie niet zo ver hoeft te worden doorgevoerd, kan de sector er wel veel van leren. Termen als Lean, 5S en Six Sigma, zijn veel meer ingeburgerd in de maakindustrie dan in de chemie. ‘Ook bij Huntsman staan we nog redelijk aan het begin. Sinds mijn komst hier ben ik bezig met het standaardiseren van de werkzaamheden. Daarmee schep je ook een goede omgeving voor innovatie. Voor continue verbetering heb je een vaste basis nodig. Als je alle stappen van standaardprocedures volgt dan is het resultaat bekend. En als er afwijkingen ontstaan, dan is dat aanleiding om verbeterstappen te zetten en de procedures voor een volgende keer aan te passen.’

Winnende band

Een analogie met muziek? ‘Ja, misschien wel. Ritme is in muziek heel belangrijk en moet strak zijn. Pas dan ontstaat er ruimte voor andere instrumenten’, stelt De Wolff die zelf toetsen speelt. ‘Wel grappig die vergelijking. Ook op andere vlakken. Vaak hebben we het over the winning team, naar analogie met sport. Maar bij teamsporten draait het vaak ook om individuen. Daarom hebben we het laatst bij een bijeenkomst voor plantmanagers juist gehad over the winning band. Nog veel meer dan in de sport moet je het samen doen. In een winnende band heeft iedere muzikant zijn eigen rol en goed samenspel zorgt voor het beste resultaat.’

‘In de chemie ben je continu bezig het beste uit de fabriek te halen.’

Eigenaarschap

Hij is er daarom trots op dat er sinds zijn komst ‘in de shifts meer gevoel van trots is ontstaan’. Hij kon verschillende programma’s uitzetten, bijvoorbeeld op het gebied van housekeeping. ‘Bij de fabriek van Philips kon je haast van de vloer eten, zo schoon. Bij Chemours waren de vloeren geschilderd. Dat helpt ook. Kunnen eten van de vloer is niet nodig in de chemie, maar als een fabriek er netter uitziet, stimuleert dat ook de trots van het team. Helemaal als bezoekers daar complimenten over maken. Zoals laatst, toen een delegatie van het hoofdkantoor op bezoek was.’

Zijn voorgangers zijn daar ook mee bezig geweest, maar misschien worden nu grotere stappen gezet doordat de organisatiestructuur van Huntsman in Rotterdam is veranderd. De Wolff is een van de drie zogenoemde area plantmanagers. Belangrijkste kenmerk van die nieuwe structuur is dat de plantmanagers directer een team aansturen. Dichter op de werkvloer zitten zorgt ook voor een groter gevoel van eigenaarschap in het team. Daardoor worden sneller stappen gezet.

Rondje in het veld

Het proces van continu verbeteren wordt ook aangejaagd door digitalisering. Voor de transitie van de industrie zijn veel nieuwe installaties nodig, maar met bestaande installaties is ook nog heel veel mogelijk. Helemaal met technieken als datamining en bijvoorbeeld advanced analytics. ‘De computer kan meer dan ooit suggesties geven voor verbetering van de processen. Bijvoorbeeld op het gebied van energie-efficiëntie. Heel actueel natuurlijk. Als de energieprijzen tien keer hoger liggen dan eerder, zoek je zoveel mogelijk verbeterprojecten om energie en grondstoffen optimaal in te zetten.’

Digitaliseringsprojecten bieden bovendien mogelijkheden om bestaand vakmanschap te koppelen aan de vaardigheden van jonge mensen. ‘Jonge gasten ontwikkelen veel sneller de skills om enorme hoeveelheden informatie te verwerken. Dat heeft grote voordelen in de huidige tijd. Je wilt mensen zo snel mogelijk kunnen inzetten, want ze blijven niet zoals vroeger veertig jaar bij dezelfde werkgever, laat staan op dezelfde plaats. Dankzij de capaciteit om snel data tot zich te nemen, zijn jongeren veel sneller dan vroeger geschikt om als panel operator te worden ingezet. Veld-operator is wat anders. Dan komt het meer aan op ervaring. Om goed een rondje in het veld te kunnen lopen, is meer tijd nodig.’

‘In de chemie ben je continu bezig het beste uit de fabriek te halen.’

Drie L-en

De komende tijd wil De Wolff nog meer stappen zetten op het gebied van housekeeping en 5S. ‘De fabriek moet straks spik en span zijn. Alles heeft een vast plaats en er wordt zoveel mogelijk met standaardprocedures gewerkt.’ Een belangrijke opstap om in teamwork ook meer uit de fabriek te halen. En daar gaan digitaliseringstechnieken zeer bij helpen, benadrukt hij nogmaals. ‘Met datamining kunnen we verstoringen beter voorspellen. Het stelt ons ook in staat om beter preventief onderhoud te doen. Wanneer kunnen we bijvoorbeeld het beste filters vervangen?’ Te vaak onderdelen vervangen kost te veel, maar storingen nog veel meer. ‘Voor de uptime is het natuurlijk heel goed als je fabrieken niet open hoeft te maken voor storingsonderhoud.’

Ondanks alle mogelijkheden van de techniek blijven de mensen bij De Wolff centraal staan. Zij kunnen zich als team continu verbeteren, in wisselwerking met de installaties. ‘Daarbij gebruik ik vaak de drie L’en. We moeten een leven lang blijven leren, het werk moet lonen en het mag zeker ook leuk zijn. We moeten vooral ook onze successen vieren.’

Dit artikel is verschenen in Petrochem 2022-05

Fotocredits Wim Raaijen

DE PLANTMANAGER

In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plantmanager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succes[1]vol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl

Delen:

Ik ben een creatieve ondernemer, hoofdredacteur, schrijver, filmer en moderator met een been in de journalistiek en de andere in de techniekfilosofie. Werkend vanuit motieven als duurzaamheid, veiligheid, innovatie, efficiëntie, verantwoordelijkheid. De industriële transformatie volg ik op de voet.

wim@industrielinqs.nl