Energietransitie: op oude voet doorgaan is het duurst

Een duurzaam energiesysteem gaat de samenleving uiteindelijk veel minder kosten dan wanneer we alles bij het oude laten. Innovatie kan daarbij een essentiële rol spelen. Maar dan moet de transitie wel beter geregisseerd worden dan nu. TNO pakt graag de handschoen op, stelt professor André Faaij binnenkort in Petrochem. 

Ja, de energietransitie gaat veel geld kosten, bevestigt de wetenschappelijk directeur bij TNO, op het gebied van energietransitie. Duizend miljard euro tot 2050, zo wordt ons voorgerekend.‘Gaan we echter door op de oude voet, dan kost dat onze samenleving een veelvoud. We moeten vooral het volledige beeld laten zien. Momenteel is Europa voor maar liefst negentig procent afhankelijk van fossiele import. En als we niets doen, dan hebben we straks alleen maar meer olie en gas van buiten nodig. En de prijs daarvan stijgt in zo’n scenario onherroepelijk. Dat terwijl op innovatieve terreinen de prijs alleen maar daalt. In woestijnlanden en China leveren nieuwe zonneparken stroom voor een kostprijs van 2,5 eurocent per kilowattuur. De helft van de huidige kostprijs van stroom uit gascentrales.’

Dichterbij huis laten windparken op zee ook een enorme daling van kosten zien. Inmiddels zijn de kosten per kilowattuur vergelijkbaar met die van fossiele centrales. En met name door innovatieve ontwikkelingen, kan de prijs nog verder dalen, stelt Faaij.

Grote getallen

Er zijn veel kansen, ook in Nederland, maar dan moet er wel een strategie komen en vooral regie. ‘Het gebrek aan regie is echt een witte vlek, waar TNO als organisatie gericht op innovaties voor verschillende domeinen, prima invulling aan kan geven. Afgelopen jaar heb ik met diverse CTO’s van energie-intensieve bedrijven gesproken. In de gesprekken werd volledig bevestigd dat het blikveld verruimd moet worden naar 2050. Bedrijven moeten nu al een beeld vormen hoe ze in de komende decennia die enorme verlaging in emissies gaan bereiken. Vaak met maar één mogelijkheid voor de keuze voor een nieuwe fabriek en infrastructuur.

Het gaat dan juist om het afstemmen van bedrijfsbeslissingen en investeringen op het veranderende energiesysteem: hoeveel groene stroom is wanneer beschikbaar en tegen welke prijs? En groene waterstof? Duurzame biomassa? CO2 afvang, opslag en gebruik? Welke infrastructuur dient wanneer te worden aangelegd om dat efficiënt te faciliteren? Hoe groot is de impact van sterk opgevoerde recycling en hergebruik? Het gaat om complexe systeemvragen die niet door een partij alleen kunnen worden beantwoord. En het gaat om hele grote getallen.’

Duurzame industrie

TNO kan een belangrijke rol spelen bij het afstemmen van de paden voor onderzoek en ontwikkeling voor de energietransitie. En dat pakt het instituut op met bedrijfsleven en de relevante overheden. ‘Daarbij werkt TNO nadrukkelijk internationaal samen in allerlei grote programma’s, bijvoorbeeld rond de energietransitie van de Noordzee-regio, duurzame industrie, biobased economy, CO2-opslag, et cetera.’

European Industry & Energy Summit 2019

Professor André Faaij verzorgt een van de keynotes tijdens de European Industry & Energy Summit op 10 en 11 december in de Kromhouthal in Amsterdam. De Europese procesindustrie en energiesector kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de energitransitie. Partners TNO, FME en Industrial willen dit laten zien tijdens European Industry & Energy Summit (EIES) 2019. Meer informatie.

Delen:
Author